F. (Félicien) Bobeldijk

Kunstschilder Félicien Bobeldijk is geboren te Koog aan de Zaan (Zaanstad) op 17 oktober 1876. Félicien is overleden te Amsterdam op 31 januari 1964. Naast schilder was hij aquarellist, tekenaar, etser en lithograaf.

Achtergrond Félicien Bobeldijk

Félicien Bobeldijk was een zoon van Aaltje Bobeldijk (1836-1918). Félicien had twee oudere broers Klaas en Joachim en een oudere zus Jansje. Het is vooralsnog niet bekend wie zijn vader is.

Félicien heeft desondanks een gelukkige jeugd gehad in Koog aan de Zaan. Dit blijkt uit zijn boek ‘Jeugdprentjes’ (Lochem 1934), waarin hij zijn jeugd beschrijft, aangevuld met tekeningen van de Zaanstreek. Deze tekeningen geven een terugblik op het ouderlijk huis, maar ook op zijn school en vakanties.

Vanaf zijn 13e jaar gaat Félicien Bobeldijk naar de Kunstnijverheidsschool Quellinus te Amsterdam. Een onderwijsinstelling in 1879 door Pierre Cuypers (1827-1921) opgericht, met als doel de bevordering van het kunstonderwijs. Uiteindelijk is deze vereniging opgegaan in de Gerrit Rietveld Academie. Vervolgens volgde Félicien in 1892-1896 een opleiding aan de Rijksschool voor Kunstnijverheid te Amsterdam. Daarna volgde in 1896-1897 een opleiding aan de Rijksakademie van beeldende kunsten, eveneens in Amsterdam. Hij was een leerling van August Allebé (1838-1927). Zijn medeleerlingen waren onder andere Johannes Hendricus Jurres (1875-1946) en Herbert van der Poll (1877-1963).

Volgens het Stamboek II der Leerlingen aan de Rijksakademie (1893-1910) deed Félicien een toelatingsexamen op 04-10-1895 en in oktober 1901. In 1902 verlaat hij definitief de Rijksakademie.

In de periode 1897-1898 woonde Félicien Bobeldijk in Blaricum. Daarna verhuist hij in 1899 naar de Zaanstreek. In het jaar 1900 wint Félicien de Willink van Collenprijs. Vervolgens woont hij vanaf 1901 in Castricum.

Willem Witsen

In 1903 keert kunstschilder Félicien Bobeldijk terug naar Amsterdam om daar te wonen en te werken. Hij raakt in dat jaar bevriend met kunstschilder Willem Witsen (1860-1923), van wie hij raadgevingen kreeg. Willem Witsen behoorde tot een groep kunstenaars met grote artistieke en zelfs politieke invloed in de 19e eeuw. De vriendschap blijft in stand totdat Willem komt te overlijden.

In 1907 vestigt Félicien zich in het dorp Berlicum, gelegen in de Meierij van ‘s-Hertogenbosch nabij de rivier de Aa. Vervolgens keert Félicien Bobeldijk in 1912 terug naar Amsterdam, waar hij tot aan zijn dood zal blijven wonen. Tijdelijk verblijft hij in Versoix (1927) te Zwitserland en Wenen (1936) te Oostenrijk.

Félicien Bobeldijk was lid van Arti et Amicitiae (Amsterdam), Vereeniging Sint Lucas (Amsterdam) en Pulchri Studio (Den Haag). Van Arti Amsterdam was hij vice-voorzitter (1929-1932); voorzitter 1933; vice-voorzitter (1942-1943); en voorzitter (1944). Félicien schilderde genrevoorstellingen, figuurvoorstellingen, landschappen, havengezichten, stadsgezichten, interieurs, portretten, stillevens en bloemstillevens. Naast de Willink van Collenprijs, wint hij diverse andere belangrijke prijzen. Waaronder de Grote zilveren médaille van H.M. de Koningin-moeder Wilhelmina en de Gouden médaille H.M. Koningin-moeder “Arti et Amiciae” (1926).